Noah

De volk van Noah bid voor afgoden en vergeet het bestaan van Allah. De profeet Noah verteld over het bestaan van Allah, maar het volk lacht hem uit. Hij verteld dat zij moeten geloven in Allah maar ze geloven niets. Alleen een paar mensen geloven hem, en geloven dat 1 God is en dat is Allah.

Maar het kleine groepje gelovigen hebben het moeilijk, want het volk lacht en uit, en worden gepest. Maar toch houden de gelovigen hen sterk en blijven geduldig.

Op een dag zij Allah tegen de profeet Noah: Ga maar een boot bouwen van hout. En nadat je klaar bent, verzamel alle gelovige mensen om 40 dagen in de boot te zitten.

Noah ging aan de slag voor zijn boot.Hij werkt er dagen en nachten aan. De ongelovigen lachen hem uit en zeggen dat hij gek is.

En eindelijk is de boot klaar, de Profeet nodigde gelovigen uit om naar de boot te komen. Er kwam een kleine groep. Maar opeens kwamen er verschillende diersoorten! Van tijgers naar giraffen! Van nijlpaarden naar eenden!

40 dagen zaten ze veilig in de boot, maar intussen was het buiten verwoest door stormen. En alle ongeloven die niet in de boot waren, waren ook verwoest!

Na 40 dagen waren ze naar buiten, toen het veilig in wel was. De ongelovigen hadden hun straf gekregen!!

De profeet was hier heel gelukkig. Hij wandelde rond en genoot er van. Kom, zij de engel, ik breng je weer terug naar de aarde. Maar de profeet wou helemaal niet weg. De profeet vroeg de engel of hij mocht blijven. Allah hoorde dat en zij tegen de engel: laat hem in het paradijs blijven. Hij is een goed mens en ik geef hem deze hoge plaats. De profeet Idris is toen bij Allah in het paradijs gebleven en is nooit meer naar de aarde terug gekeerd.